EU-rechtbank beperkt het gebruik van persoonlijke Facebook-gegevens van Meta voor gerichte advertenties

Het Europese Hooggerechtshof heeft geoordeeld dat metaplatforms het gebruik van persoonlijke gegevens die van Facebook zijn verzameld voor het aanbieden van gerichte advertenties moeten beperken, zelfs als gebruikers ermee instemmen dat hun informatie voor reclamedoeleinden wordt gebruikt. Dit kan ernstige gevolgen hebben voor advertentiegestuurde bedrijven die actief zijn in de regio.

“Een online sociaal netwerk zoals Facebook kan niet alle verkregen persoonlijke gegevens gebruiken voor gerichte reclame, zonder beperking in tijd en zonder onderscheid in soort gegevens”, aldus het Hof van Justitie van de Europese Unie (HvJ-EU). in een uitspraak vrijdag.

Met andere woorden, sociale netwerken, zoals Facebook, kunnen de persoonlijke gegevens van gebruikers niet voor onbepaalde tijd blijven gebruiken voor gerichte advertenties, aldus de rechtbank. Er moeten limieten worden ingesteld om te voldoen aan de gegevensminimalisatie van de Algemene Verordening Gegevensbescherming (AVG) van het blok. vereisten.

Het is de moeite waard om op te merken dat artikel 5(1)(c) van de AVG vereist dat bedrijven de verwerking beperken tot strikt noodzakelijke gegevens, waardoor wordt voorkomen dat de verzamelde persoonlijke gegevens over een individu (ongeacht of deze op of buiten het platform via derden zijn verzameld) worden vrijgegeven. geaggregeerd, geanalyseerd en verwerkt voor doelgerichte reclame zonder tijdsgebonden beperkingen.

De zaak werd oorspronkelijk in 2014 aangespannen door privacyactivist en mede-oprichter van noyb (None Of Your Business), Maximilian “Max” Schrems, vanwege beweringen dat de socialemediagigant hem had aangevallen met gepersonaliseerde advertenties op basis van zijn seksuele geaardheid.

“Het feit dat een persoon een verklaring heeft afgelegd over zijn of haar seksuele geaardheid ter gelegenheid van een openbare paneldiscussie geeft de exploitant van een online sociaal netwerkplatform geen toestemming om andere gegevens met betrekking tot de seksuele geaardheid van die persoon te verwerken, verkregen als de In dit geval kan het zijn dat buiten dat platform gebruik wordt gemaakt van websites en apps van derden, met als doel deze gegevens te verzamelen en te analyseren, om die persoon gepersonaliseerde advertenties aan te bieden”, aldus het HvJ-EU.

Noyb zei in een verklaring dat het de uitspraak verwelkomde en dat het resultaat volgens de verwachtingen was, waarbij hij verklaarde dat het oordeel zich ook uitstrekt tot elk ander online advertentiebedrijf dat geen strikte praktijken voor het verwijderen van gegevens hanteert.

“Meta en veel spelers in de online advertentieruimte hebben deze regel eenvoudigweg genegeerd en voorzagen geen verwijderingsperioden of beperkingen op basis van het type persoonlijke gegevens”, aldus de Oostenrijkse non-profitorganisatie.

“De toepassing van het ‘dataminimalisatieprincipe’ beperkt het gebruik van persoonlijke gegevens voor reclame radicaal. Het principe van dataminimalisatie is van toepassing ongeacht de rechtsgrondslag die voor de verwerking wordt gebruikt, dus zelfs een gebruiker die instemt met gepersonaliseerde advertenties kan niet over zijn persoonlijke gegevens beschikken voor onbepaalde tijd gebruikt.”

In een verklaring gedeeld met Reuters zei Meta dat het financiële inspanningen heeft geleverd om ‘privacy in zijn producten in te bedden’, waarbij het opmerkte dat het ‘geen speciale categorieën gegevens gebruikt die gebruikers verstrekken om advertenties te personaliseren, terwijl adverteerders geen gevoelige gegevens mogen delen’.

De ontwikkeling komt op een moment dat de procureur-generaal van Texas, Ken Paxton, een rechtszaak heeft aangespannen tegen TikTok, eigendom van ByteDance, wegens vermeende schendingen van de kinderprivacywetten in de Amerikaanse staat, ook wel de Securing Children Online Through Parental Empowerment (SCOPE) Act genoemd.

In de rechtszaak wordt TikTok ervan beschuldigd geen adequate hulpmiddelen te bieden waarmee ouders en voogden controle kunnen uitoefenen op de privacy en accountinstellingen van kinderen tussen 13 en 17 jaar.

“Ouders of voogden hebben bijvoorbeeld niet de mogelijkheid om (TikTok’s) het delen, openbaar maken en verkopen van de persoonlijk identificeerbare informatie van een bekende minderjarige te controleren, noch controle (TikTok’s) vermogen om gerichte reclame aan een bekende minderjarige weer te geven”, luidt de rechtszaak. .

“De wet van Texas vereist dat socialemediabedrijven stappen ondernemen om kinderen online te beschermen en vereist dat ze ouders de middelen bieden om hetzelfde te doen”, aldus Paxton. “TikTok en andere socialemediabedrijven kunnen hun plichten onder de Texaanse wet niet negeren.”

TikTok, dat gerichte reclame verbiedt voor iedereen onder de 18 jaar, zei dat het het absoluut niet eens was met de beschuldigingen en dat het “robuuste waarborgen biedt voor tieners en ouders, inclusief gezinskoppeling, die allemaal openbaar beschikbaar zijn.”

Thijs Van der Does