FTC ontdekt sociale mediabedrijven in grootschalige gebruikerssurveillance

Volgens een eerder rapport zouden sociale media waarschuwingslabels kunnen krijgen, net als sigaretten. Een federale rechter stelde eerder dat socialemediaplatforms niet verplicht zijn om tieners te beletten bepaalde content te bekijken. In het laatste nieuws zegt de FTC dat socialemediabedrijven niet vertrouwd kunnen worden om zichzelf te reguleren. De FTC beschuldigt socialemedia- en streamingbedrijven ervan gebruikers niet te beschermen tegen inbreuken op de privacy en kinderen en tieners op hun sites niet te beschermen. Het omvat platforms zoals YouTube, Amazon en Facebook.

FTC stuurde vragen naar negen sociale media- en streamingbedrijven

Het rapport is gebaseerd op vragen die de FTC in december 2020 naar negen bedrijven stuurde onder sectie 6(b) van de FTC Act. De negen bedrijven zijn Amazon (eigenaar van het gamingplatform Twitch), Facebook, YouTube, Twitter, Snap, ByteDance (eigenaar van het videoplatform TikTok), Discord, Reddit en WhatsApp.

Het personeelsrapport vraagt ​​om informatie over hoe de bedrijven persoonlijke en demografische informatie verzamelen, volgen en gebruiken. De FTC vraagt ​​ook om duidelijke informatie over hoe grote sociale media- en streamingbedrijven bepalen welke specifieke advertenties en andere content ze aan individuen laten zien. Het is niet helemaal duidelijk hoe ze algoritmes of data-analyses toepassen op persoonlijke en demografische informatie, en hoe hun praktijken kinderen en tieners beïnvloeden.

“Het rapport beschrijft hoe sociale media en videostreamingbedrijven een enorme hoeveelheid persoonlijke gegevens van Amerikanen verzamelen en er miljarden dollars per jaar aan verdienen”, aldus FTC-voorzitter Lina M. Khan. “Hoewel deze surveillancepraktijken lucratief zijn voor de bedrijven, kunnen ze de privacy van mensen in gevaar brengen, hun vrijheden bedreigen en hen blootstellen aan een groot aantal gevaren, van identiteitsdiefstal tot stalking. Het falen van verschillende bedrijven om kinderen en tieners online adequaat te beschermen, is bijzonder verontrustend. De bevindingen van het rapport zijn actueel, vooral omdat beleidsmakers op staats- en federaal niveau wetgeving overwegen om mensen te beschermen tegen misbruik van gegevens”, voegde ze toe.

Het onderzoek roept zorgen op over de controles en het toezicht op de gegevensverwerking

Het rapport suggereert dat de bedrijven grote hoeveelheden data verzamelden en voor onbepaalde tijd konden bewaren. Het bevat informatie van databrokers en over zowel gebruikers als niet-gebruikers van hun platforms. Het roept ernstige zorgen op over de toereikendheid van de controles en het toezicht op de gegevensverwerking van de bedrijven. Het rapport van de staf merkt ook op dat sommige bedrijven niet alle gebruikersdata hebben verwijderd als reactie op verzoeken om verwijdering van gebruikers.

Veel bedrijven beweerden dat er geen kinderen op hun platforms zijn. Naar verluidt richtten ze hun diensten niet op kinderen en lieten ze kinderen geen accounts aanmaken. Zoals het personeelsrapport opmerkt, was dit “een duidelijke poging om aansprakelijkheid onder de Children’s Online Privacy Protection Act Rule te ontlopen.” In werkelijkheid behandelen veel van de sociale media en videostreamingbedrijven tieners vaak op dezelfde manier als volwassen gebruikers.

Thijs Van der Does